Transitievergoeding en weigeren passende functie
In dit artikel bespreekt onze arbeidsrecht advocaat uit Amsterdam het verlies van de transitievergoeding bij ontslag wegens verwijtbaar gedrag naar aanleiding van een uitspraak van het gerechtshof in ’s-Hertogenbosch.
Vervangende functie aangeboden
De werkgever had de medewerkster ruim op tijd aangegeven dat haar functie zou komen te vervallen en had haar een vervangende functie aangeboden. Deze vervanging had mevrouw afgewezen en de functie die daarop volgde ook. De werkneemster wilde namelijk op de ‘ploegendienst’ blijven zodat zij met haar echtgenoot mee kon rijden naar het werk. Om deze reden bood haar werkgever haar een functie aan op de ploegendienst.
Niet gereageerd op het aanbod voor een vervangende functie is ernstig verwijtbaar
Op dit aanbod was mevrouw niet meer ingegaan. Zij was in de tussentijd namelijk ziek geworden. Door niet in te gaan op dit aanbod mocht de werkgever ervan uitgaan dat de medewerkster ook deze functie afwees. Aangezien de werkneemster niet meer had gereageerd op het aanbod voor een vervangende functie heeft de werkgever haar medegedeeld haar transitievergoeding niet uit te betalen vanwege verwijtbaar gedrag. Om deze reden spande mevrouw een zaak aan bij de kantonrechter.
Geen transitievergoeding bij ernstig verwijtbaar gedrag
Een rechter moet ‘terughoudend zijn’ met het toetsen aan verwijtbaar gedrag. Dit houdt in dat een werknemer pas zijn recht op een transitievergoeding kwijtraakt als het een heel uitzonderlijk geval is, waarin het overduidelijk is dat het handelen, dat de beëindiging heeft veroorzaakt, niet slechts verwijtbaar is, maar ernstig verwijtbaar moet zijn. Er wordt daarnaast nog wel rekening gehouden met de omstandigheden van het geval.
Wat is ernstig verwijtbaar gedrag?
Waar toetst de rechter dus aan bij verwijtbaar handelen dat kan leiden tot het verliezen van je recht op transitievergoeding:
- Niet zomaar verwijtbaar gedrag, maar uitzonderlijk verwijtbaar gedrag;
- het is overduidelijk dat het verwijtbaar handelen de beëindiging heeft veroorzaakt en;
- persoonlijke omstandigheden moeten door de rechter meegenomen worden in zijn besluit wanneer hij beslist over het recht op transitievergoeding.
Volgens het gerechtshof viel niet in te zien waarom de werkneemster het derde aanbod niet had kunnen aanvaarden en indien zij wel bezwaren had tegen deze functie, had zij dit moeten overleggen met haar werkgever. De rechter in het hoger beroep kwam dan ook tot de conclusie dat de werkgever de werkneemster niet had kunnen herplaatsen wegens een weigerachtige houding van de werkneemster.
Weigerachtige houding bij niet accepteren van een vervangende functie
Het gerechtshof oordeelde dan ook dat het handelen van mevrouw ernstig verwijtbaar was en dat de werkgever dus terecht haar transitievergoeding niet heeft betaald.
Vragen over transitievergoeding en ernstig verwijtbaar gedrag
Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen over het aanbieden of accepteren van een vervangende functie of over een transitievergoeding? Of heeft u een andere vraag over het arbeidsrecht? Neem dan gerust contact op met ons kantoor en onze arbeidsrecht advocaten uit Amsterdam staan u graag bij.