Ontslagvergoeding niet naar erfgenamen

avatar

Is ontslagvergoeding van een overleden werknemer voor de erfgenamen?

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft op 23 juli 2013 bepaald dat een ontslagvergoeding van een overleden werknemer niet aan de erfgenamen hoeft te worden betaald. De vader van de erfgenamen (verder: erflater), was als werknemer in dienst geweest bij een stichting. In de loop van 2009 hebben zij overeenstemming bereikt over beëindiging van het dienstverband tegen 1 april 2010, met een ontbindingsvergoeding van € 65.952,- bruto. De kantonrechter heeft op verzoek van partijen bij beschikking van 31 augustus 2009 de arbeidsovereenkomst per 1 april 2010 ontbonden en aan erflater een vergoeding toegekend van € 65.952,- bruto “ten titel van suppletie op een eventuele uitkering krachtens de sociale verzekeringswetten, danwel een elders te verdienen lager salaris”. Op 30 december 2009 is erflater overleden.

Einde arbeidsovereenkomst: erfgenamen vorderden de ontslagvergoeding

De stichting meende dat de arbeidsovereenkomst door het overlijden van erflater op 30 december 2009 van rechtswege was geëindigd en dat zij aan alle verplichtingen had voldaan.

De erfgenamen vorderden dat de stichting zou worden veroordeeld tot betaling van € 65.952,- bruto, primair op grond van de tussen partijen gesloten beëindigingsovereenkomst en subsidiair op grond van de door de kantonrechter afgegeven ontbindingsbeschikking.

Rechtbank stelt de erfgenamen in het gelijk

De rechtbank stelde de erfgenamen in het gelijk. De stichting is tegen dat vonnis in beroep gegaan. De erfgenamen stelden in die procedure -opnieuw- dat zij als rechtsopvolgers onder algemene titel gerechtigd zijn om nakoming van die overeenkomst te vorderen.

Hoger beroep: erfgenamen krijgen geen ontslagvergoeding

Het hof oordeelde dat de erflater en de stichting overeenstemming hadden bereikt over ontbinding van de arbeidsovereenkomst per 1 april 2010. Het hof volgde de stichting in haar stelling en uitleg, dat met het doorlopen van de procedure tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst de overeengekomen afspraken over het einde van arbeidsovereenkomst (via de kantonrechter, per 1 april 2010 en tegen een vergoeding van bruto € 65.952,-) waren “uitgewerkt”:

‘Anders gezegd: erflater en [stichting] hebben hiermee uitvoering gegeven aan hun (mondelinge) beëindigingsovereenkomst en zij zijn in die zin hun afspraken ook nagekomen. Zowel erflater als [stichting] werden overigens bijgestaan door ter zake deskundigen. Nakoming verlangen van de beëindingsovereenkomst is derhalve zinledig, omdat erflater en [stichting] die overeenkomst al hébben nageleefd’.

De erfgenamen hadden subsidiair aangevoerd dat de stichting de door de kantonrechter gegeven ontbindingsbeschikking van 31 augustus 2009 had moeten naleven en dat de erfgenamen, als rechtsopvolgers onder algemene titel, aanspraak kunnen maken op het in de ontbindingsbeschikking toegewezen bedrag.

Door overlijden werknemer kunnen de erfgenamen geen aanspraak maken op de ontbindingsvergoeding

‘De door de kantonrechter toegewezen ontbindingsvergoeding is onlosmakelijk verbonden met de ontbinding van de arbeidsovereenkomst per 1 april 2010; dit volgt ook al uit het dictum van de ontbindingsbeschikking, namelijk “ten titel van suppletie op een eventuele uitkering krachtens de sociale verzekeringswetten…”. Voorts blijkt dat ook (de belangenbehartigers van) erflater en [stichting] zich bewust waren van de consequenties van deze keuze voor ontbinding en een ontbindingsvergoeding, getuige de briefwisseling van 21 en 23 september 2009 (producties 5-6 conclusie van antwoord): de ontbindingsvergoeding zou en diende betaald te worden op het moment van eindigen van de arbeidsovereenkomst, “derhalve per 1 april 2010”. Door het (onverwacht) overlijden van erflater op 30 december 2009 is echter de arbeidsovereenkomst van rechtswege (en eerder) geëindigd op de voet van artikel 7:674 lid 1 BW. Door het eindigen van de arbeidsovereenkomst op 30 december 2009 kan er logischerwijze ook geen sprake meer zijn van ontbinding van de arbeidsovereenkomst per 1 april 2010 en kunnen de erfgenamen ook geen aanspraak maken op de ontbindingsvergoeding’.

‘Door het overlijden van erflater op 30 december 2009 kan en behoeft [stichting] geen uitvoering meer te geven aan de beschikking van de kantonrechter. Zonder nadere toelichting die ontbreekt valt niet in te zien dat [stichting] desondanks, als goed werkgever tegenover een overleden werknemer aan diens erfgenamen de ontbindingsvergoeding zou moeten betalen’.

Kort geding: door overlijden is de arbeidsovereenkomst van rechtswege geëindigd

Al eerder had de stichting in kort geding met succes de executie van de ontbindingsbeschikking weten tegen te houden. De kort gedingrechter overwoog toen in een soortgelijke redenering dat de ontbinding door de kantonrechter was uitgesproken onder de (stilzwijgende) voorwaarde dat de arbeidsovereenkomst op 1 april 2010 nog zou bestaan. Omdat de werknemer op 30 december 2009 is overleden, is de arbeidsovereenkomst van rechtswege geëindigd. De werkgever had daarbij aan zijn verplichtingen uit de wet en de cao voldaan (art 7:674, vierde lid, BW). Op 1 april 2010 bestond er geen arbeidsovereenkomst meer die nog ontbonden kon worden en ‘het thans willen doen executeren van deze beschikking levert misbruik van bevoegdheid op’, aldus de kantonrechter in kort geding.

Afgesproken ontslagvergoeding naar erfgenamen als de werknemer voor zijn ontslag is overleden?

Onlangs verklaarde het CNV dat een bedrijf een afgesproken ontslagvergoeding aan de erfgenamen moet voldoen als de overtollig verklaarde werknemer nog voor zijn ontslag is overleden. De vakbond maakte bekend op dit punt in het gelijk te zijn gesteld door de kantonrechter in Hilversum. Het wachten is op publicatie van deze uitspraak.

Call Now Button