Advocaat ontslagvergoeding ontslag staande voet Amsterdam

avatar

Advocaat ontslag op staande voet en billijke vergoeding (ontslagvergoeding) in AmsterdamAdvocaat ontslag op staande voet en billijke vergoeding (ontslagvergoeding) in Amsterdam

Onze advocaat arbeidsrecht en ontslagrecht in Amsterdam geeft juridisch advies over de ontslagvergoeding bij ontslag op staande voet (billijke vergoeding en mogelijk transitievergoeding). De term “ontslag op staande voet” staat niet in de wet, de wet spreekt slechts over een onverwijlde opzegging om een dringende reden (artikel 7:677 BW). Maar als de dringende reden voor ontslag op staande voet ontbreekt, heeft de werkgever de arbeidsovereenkomst opgezegd in strijd met artikel 7:671 BW en is daarmee een billijke vergoeding (ontslagvergoeding) mogelijk (artikel 7:681 BW). De Hoge Raad heeft op 30 juni 2017 (ECLI:NL:HE:2017:1187) overwogen dat het er uiteindelijk om gaat dat de werknemer wordt gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen door de werkgever. Bij het begroten van de billijke vergoeding als ontslagvergoeding komt het sindsdien aan op alle omstandigheden van het geval. De rechter dient de billijke vergoeding te bepalen op een wijze die, en op het niveau dat, aansluit bij de (uitzonderlijke) omstandigheden van het geval. De rechter moet ook in de motivering van de uitspraak inzicht geven in de omstandigheden die tot de beslissing over de hoogte van de vergoeding hebben geleid. Dit is neergelegd in het zogenaamde New Hairstyle-arrest.

Billijke vergoeding: ernstig verwijtbaar gehandeld

Gerechtshof Den Bosch is aan de hand van de richtlijn die de Hoge Raad in deze uitspraak heeft aangegeven, ingegaan op de manier waarop een billijke vergoeding moet worden berekend. Werknemer was ruim 15 jaar in dienst en 55 jaar oud. Volgens het hof had de werkgever ernstig verwijtbaar gehandeld met betrekking tot de gang van zaken leidend tot het ontslag op staande voet. Er was geen dringende reden om het dienstverband met werknemer met onmiddellijke ingang te beëindigen, daarnaast getuigde ook hetgeen daaraan was voorafgegaan niet van goed werkgeverschap.

Goed werkgeverschap en ontslagvergoeding

Werkgever had doen voorkomen dat een aanvraag voor een ontslagvergunning gereed lag op het moment dat de werknemer werd medegedeeld dat hij boventallig was. Na een ziekmelding werd er meteen een spoedcontrole aangevraagd. Daarna beschuldigt werkgever de werknemer ten onrechte van concurrerende activiteiten, zonder hoor en wederhoor.

Het hof oordeelde dat zonder het ontslag op staande voet de arbeidsovereenkomst nog langere tijd zou kunnen voortduren. Weliswaar had de werknemer ander werk heeft gevonden; maar dit betreft een contract voor bepaalde tijd, één jaar.

Omstandigheden van het geval bij ontslag op staande voet

Ook de werknemer op zijn beurt had volgens het Hof verwijtbaar gehandeld:

  • omdat hij boos heeft gereageerd jegens een leidinggevende
  • en omdat hij meer uren voor een klant heeft gewerkt dan hij had opgegeven.

Alle feiten en omstandigheden in ogenschouw nemend stelt het hof als ontslagvergoeding een billijke vergoeding vast van € 50.000 bruto.

Risico bij ontslag op staande voet: ontslagvergoeding

Ondanks dat de hoge billijke vergoedingen enigszins op hun retour leken door de uitspraak van de Hoge Raad, die heeft bepaald dat de billijke vergoeding niet zuiver als een boete mag worden beschouwd, maar dat de geleden schade concreet moet worden berekend en gemotiveerd, betekent dit beslist niet dat de werkgever bij ontslag op staande voet geen risico loopt. Ontslag op staande voet wordt dan ook alleen aanbevolen:

  • als de dringende reden door de werkgever echt kan worden bewezen
  • en als verder aan alle voorwaarden voor ontslag op staande voet wordt voldaan.

Zelfs als de werkgever bij de kantonrechter gelijk krijgt, kan in hoger beroep alsnog als ontslagvergoeding een billijke vergoeding worden opgelegd. Voorzichtigheid blijft dus geboden, vooral als de werkgever verwijtbaar heeft gehandeld.

Transitievergoeding ondanks ontslag op staande voet?

Normaalgesproken kan een werknemer die terecht op staande voet is ontslagen, geen aanspraak maken op een ontslagvergoeding. De Hoge Raad heeft echter op 30 maart 2018 bepaald dat het mogelijk is dat er bij ontslag op staande voet geen sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten (zie bijvoorbeeld HR 29 september 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA7282, NJ 2001, 560, r.o. 3.3), en dat er dus in theorie recht zou kunnen zijn op een ontslagvergoeding (transitievergoeding). De Wet werk en zekerheid heeft hierin volgens de Hoge Raad geen verandering gebracht. Uit de tekst van de wet volgt niet dat geen transitievergoeding verschuldigd kan zijn bij het bestaan van een dringende reden voor onverwijld ontslag. Het is volgens de Hoge Raad dus niet uitgesloten dat een werknemer die rechtsgeldig op staande voet is ontslagen, toch recht heeft op een transitievergoeding als ontslagvergoeding. De rechter zal bij ontslag op staande voet de aanspraak van de werknemer op een transitievergoeding afzonderlijk moeten beoordelen.

Contact met advocaat ontslag op staande voet in Amsterdam over ontslagvergoeding

Onze advocaat ontslagrecht in Amsterdam staat werkgevers en werknemers terzijde bij ontslag op staande voet en ontslagvergoeding; de billijke vergoeding en de transitievergoeding. Neem bij (dreigend) ontslag op staande voet contact op met onze gespecialiseerde advocaat arbeidsrecht en ontslagrecht.

[ratings]

Call Now Button